Waarom zijn er preventie-eisen?
Verzekeringsvoorwaarden zijn er om jou als ondernemer te helpen en te beschermen. De ‘kleine lettertjes’ zijn geen obstakels, maar richtlijnen om ervoor te zorgen dat je altijd goed voorbereid bent. ‘Wij willen graag alle schade van onze klanten met een inventaris- en goederenverzekering vergoeden,’ zegt Henk-Jan. ‘Daarom is het belangrijk dat je als ondernemer maatregelen neemt om inbraken te voorkomen. Zo houden we verzekeren betaalbaar en kunnen we de premies laag houden.’
Om die reden stellen verzekeraars preventie-eisen. ‘Dat zijn allereerst beveiligingsmaatregelen waarmee je voorkomt dat inbrekers makkelijk binnen kunnen komen,’ legt Henk-Jan uit. ‘Komen ze toch binnen, dan is het belangrijk dat de inbrekers zo snel mogelijk door een alarmsysteem worden gedetecteerd. Met een betrouwbare doormelding naar de meldkamer - de ‘Particuliere Alarmcentrale (PAC)’ - zorg je ervoor dat er snel een bewakingsdienst of politie bij je bedrijf is. Zo voorkom je dat de inbrekers de tijd hebben om spullen mee te nemen.’
VRKI 2.0: de Verbeterde Risicoklassenindeling
Welke eisen er voor jouw bedrijf gelden, is afhankelijk van wat er in jouw bedrijf te halen valt. ‘Een beveiligingsbedrijf kan het inbraakrisico voor jouw bedrijf vaststellen met de VRKI 2.0: de Verbeterde Risicoklassenindeling,’ licht Henk-Jan toe. ‘Onderdeel van de VRKI is een lijst met spullen en wat ze waard zijn. Hoe hoger de waarde van de voor dieven aantrekkelijke spullen, hoe hoger de risicoklasse van jouw bedrijf. De hoogte van het inbraakrisico bepaalt welke beveiligingsmaatregelen je moet nemen om het inbraakrisico voldoende te verminderen.’
Aan welke eisen moet je voldoen?
Welke beveiligingsmaatregelen je moet nemen voor jouw bedrijf, vind je in je polis. In veel gevallen verwijst de verzekeraar daarvoor naar de VRKI 2.0. ‘Daarnaast eist de verzekeraar dat je die maatregelen laat uitvoeren door een BORG-gecertificeerd of VEB-erkend beveiligingsbedrijf,’ vervolgt Henk-Jan. ‘Zo weet de verzekeraar zeker dat je niet alleen de juiste maatregelen neemt, maar ook dat alle gebruikte onderdelen zijn gecertificeerd en op de juiste wijze zijn aangebracht.’
Drie soorten maatregelen
Vaak moet je elektronische, bouwkundige én organisatorische maatregelen nemen om inbraak te voorkomen.
- Bouwkundige maatregelen zijn bijvoorbeeld goede sloten op ramen en deuren.
- Denk bij elektronische maatregelen aan een alarmsysteem en alles wat daarbij komt kijken, zoals detectie en doormelding naar de particuliere alarmcentrale (PAC).
- Organisatorische maatregelen moet je zelf nemen om je bedrijf te beveiligen tegen inbraak. Heb je bijvoorbeeld een winkel of horecazaak? Dan moet je een goed beleid hebben over sleutels en sluitingstijden.
Preventietips van Henk-Jan
Het beveiligingsbedrijf installeert de noodzakelijke elektronische en bouwkundige beveiligingsmaatregelen. De organisatorische maatregelen moet je als ondernemer zelf nemen. Henk-Jan geeft een paar tips voor hoe je als ondernemer een inbraak kunt voorkomen:
- Gebruik alleen sleutels die die zonder het bijbehorende sleutelcertificaat niet na te maken zijn. En vergeet de sleutels van mensen die uit dienst gaan niet terug te vragen.
- Geef medewerkers geen toegang tot ruimtes waar ze niets te zoeken hebben.
- Werk je met een code om het alarm in en uit te schakelen? Geef dan iedere medewerker een persoonlijke code. Zo kun je altijd in het logbestand zien wie er binnen is geweest.
- Laat het groen om het bedrijfspand regelmatig snoeien, zodat er goed zicht blijft op wie zich rond het gebouw begeeft.
Verschil BORG en VEB
Henk-Jan: ‘Als je kiest voor een BORG-bedrijf, is dat vaak een BORG-E-bedrijf. Dit bedrijf kan de elektronische maatregelen uitvoeren. Omdat je ook de juiste bouwkundige beveiligingsmaatregelen moet nemen om inbraak te voorkomen, moet je daarnaast een BORG-B-bedrijf inschakelen. Er zijn beveiligingsbedrijven die zowel de E- als B-maatregelen mogen uitvoeren. Dat maakt het natuurlijk een stuk eenvoudiger. Een VEB-bedrijf kan beide soorten maatregelen doen. Zo niet, schakelen ze een ander bedrijf in, dat onder hun supervisie de bouwkundige maatregelen uitvoert.’
Via onderstaande links vind je door verzekeraars goedgekeurde beveiligingsbedrijven:
Pas op: niet volgens VRKI 2.0
Een BORG-beveiligingsbedrijf kijkt in welke risicoklasse je bedrijf valt en doet een voorstel voor beveiligingsmaatregelen. Maar soms stellen ze maatregelen voor die afwijken van wat de VRKI voorschrijft. ‘Dat doen ze omdat ze goedkoper willen zijn dan de concurrent of je niet willen afschrikken met een hoge offerte’, legt Henk-Jan uit. ‘Ook bieden ze vaak alleen een alarmsysteem aan. Terwijl goede inbraakbeveiliging altijd begint met goede bouwkundige maatregelen. De klant is koning, dus jij mag een minder goede beveiliging kiezen. Maar bedenk dat alleen de combinatie van de juiste beveiligingsmaatregelen het inbraakrisico écht vermindert. Ook hier geldt dus dat goedkoop vaak duurkoop is.’
Voorbeeld te lage beveiliging
Veel bedrijfspanden hebben een alarmsysteem met infrarode bewegingsdetectoren. Henk-Jan: ‘Bij hoge VRKI-risicoklassen is het verplicht dat de bewegingsdetectoren zijn beveiligd tegen sabotage. Want een inbreker - of handlanger in je bedrijf - kan vooraf de sensor afplakken of er verf of haarlak op spuiten, zodat de detector niet meer werkt tijdens een inbraak. Met een anti-mask-detector krijg je een melding van zo’n sabotage-actie wanneer je het alarm wilt inschakelen. Dat is een extra maatregel die ondernemers nog weleens schrappen omdat ze het te duur vinden. De inbraakschade kost je natuurlijk nog veel meer.’
Check je offerte
Als het beveiligingsbedrijf een maatregel voorstelt die niet voldoet aan de eisen van de VRKI, zijn ze verplicht het vakje aan te kruisen voor Afwijkende beveiligingsmaatregelen t.o.v. de VRKI 2.0 en te vermelden waaruit de afwijkingen bestaan. ‘Als je dat tegenkomt in de offerte, voldoen de maatregelen niet (volledig) aan de eisen van de verzekeraar,’ waarschuwt Henk-Jan. ‘Vraag dan het beveiligingsbedrijf om een beveiligingsoplossing die wél volledig voldoet aan de VRKI 2.0. Bij twijfel kun je ook contact opnemen met je adviseur en vragen wat de gevolgen zijn voor je dekking.’
Geen garantie
Als je een BORG-bedrijf inschakelt en kiest voor incomplete of ongeschikte maatregelen, krijg je wél een BORG-certificaat. ‘Maar dat is dus geen garantie dat de verzekeraar de schade na een inbraak (volledig) vergoedt,’ legt Henk-Jan uit. ‘Een VEB-bedrijf doet het anders: zij geven alleen een certificaat uit voor de maatregelen die volgens de VRKI 2.0 zijn uitgevoerd. Zo niet, krijgt je alleen een opleveringsbewijs en ook dat is niet voldoende voor de verzekeraar.’
Wat gebeurt er als je niet aan eisen voldoet?
Voldoe je niet aan de preventie-eisen van de verzekeraar? Dan is de kans dus groter dat inbrekers binnen kunnen komen. Bovendien is de kans groter dat ze langer in je gebouw kunnen blijven voordat de bewakingsdienst of politie komt, dus kunnen ze meer spullen meenemen. Dit kan ervoor zorgen dat de inbraakschade onnodig groot is.
Gevolgschade van een inbraak
Henk-Jan: ‘Daarnaast is er het risico van gevolgschade. Soms nemen de inbrekers dingen mee, die gevolgen hebben voor je bedrijfsactiviteiten en dus ook voor je klanten. Als achteraf blijkt dat de inbraakbeveiliging niet op orde was, dan kan het zijn dat de verzekeraar daarna ook nog eens niet alle schade vergoedt. Als ondernemer moet je daar natuurlijk niet aan denken.’
Gevolgschade inbraak opticien
Bij een opticien werd vlak voor het zomerseizoen de collectie dure merkzonnebrillen gestolen. De collectie was niet meer na te bestellen. Maar nog veel erger was de diefstal van het kostbare oogmeetapparaat. Dat kon pas enkele weken na de inbraak opnieuw worden geleverd en geïnstalleerd. De verkoop van bijna iedere bril begint met een oogmeting. Je zult snappen dat de opticien in die tijd weinig brillen verkocht en lijdzaam moest toezien hoe veel klanten naar de concurrent vertrokken.
Heb je vragen over de preventie-eisen in jouw polis? Neem dan contact op met je adviseur.