Draagkracht meten
Karlo: ‘Niet alle daken zijn sterk genoeg om een zonnestroominstallatie te dragen. Laat daarom altijd de draagkracht van je dakconstructie toetsen. Dit wordt ook wel een dak-, wind- en ballastberekening of kortweg constructieberekening genoemd. Een constructeur kijkt hierbij naar de hoogte van het dak, de omgeving (open of bebouwd) en de afstand tussen de panelen en de dakrand. Ook kijkt hij naar de locatie van het pand, zodat rekening kan worden gehouden met onder andere wind. Een constructieberekening is altijd aan te raden, zowel voor platte als schuine daken. Je wilt natuurlijk wel zeker weten dat je dak de zonnepanelen kan dragen.’
Plat dak
Wat voor dak je ook hebt, je moet altijd rekening houden met de extra ballast die je aanbrengt, aldus Karlo. Toch moet je bij een plat dak extra goed kijken naar de mogelijkheden. ‘Bij een plat dak wordt een onderconstructie geplaatst, zodat de zonnepanelen in de juiste hoek kunnen worden gezet. Dat brengt extra gewicht met zich mee, bovenop het gewicht van de zonnepanelen zelf. En als je ergens woont waar veel wind staat, heb je mogelijk ook zogenoemde ‘windbreekplaten’ nodig. Hiermee zorg je ervoor dat de zonnepanelen onder alle weersomstandigheden op het dak blijven liggen. Ook dat weegt zwaarder. Tot slot is bij een plat dak de kans groter dat er regen en sneeuw op blijft liggen, wat ook gewicht met zich meebrengt. Al deze factoren kunnen ervoor zorgen dat je (platte) dak niet geschikt is voor zonnepanelen. Mogelijk moet het dak eerst aangepast of vervangen worden.’
Meer risico’s bij oude daken
Heeft jouw pand een (relatief) nieuw dak? Dan is deze vrijwel zeker geschikt voor zonnepanelen. Karlo: ‘Bij nieuwbouw wordt standaard een constructieberekening gemaakt, waarbij ook rekening wordt gehouden met het plaatsen van zonnepanelen. Een risico bij oude daken is niet alleen dat ze onvoldoende draagkracht hebben, maar ook dat ze meer brandbaar isolatiemateriaal bevatten. Dat is niet gunstig voor zonnepanelen, omdat daar veel warmte bij vrijkomt. Een verzekeraar kan je dan verplichten om het oude dak eerst te vervangen, omdat het risico op brand te groot is. Bij nieuwere daken gebruiken aannemers over het algemeen kunststof. De kans dat een nieuw dak geschikt is, is dus groter.’
Zon en schaduw
‘Als in de buurt van je bedrijfspand bomen en gebouwen staan, heb je mogelijk meer last van schaduw. Dat kan invloed hebben op de opbrengst van je zonnepanelen. In dat geval kun je kiezen voor twee soorten installaties: regulier en met zogenoemde ‘optimizers’.
Regulier systeem
Bij een regulier systeem worden de zonnepanelen aan elkaar gekoppeld: ze liggen als een ‘ketting’ aan elkaar geschakeld op het dak. De opbrengst van de installatie wordt in dat geval bepaald door alle panelen samen. Brengt één paneel minder op omdat deze in de schaduw ligt, dan heeft dat invloed op de andere panelen.
Optimizers
Een optimizer zorgt ervoor dat de opbrengst van elk zonnepaneel afzonderlijk maximaal is. Levert één paneel door schaduw minder op, dan blijven de andere panelen wel optimaal werken. Het nadeel van dit systeem is dat het duurder is. Ook is de kans op storingen groter, doordat er meer elektronica op het dak wordt aangebracht. Bedenk dus goed wat voor systeem voor jouw dak het meest geschikt is.’
Ondernemer verantwoordelijk
Als ondernemer ben je zelf verantwoordelijk voor de constructie van je dak. En dus ook voor het laten maken van een constructieberekening als je zonnepanelen wilt plaatsen, aldus Karlo: ‘Dit is echter niet altijd verplicht. Bijvoorbeeld als je minder dan vijftig zonnepanelen laat plaatsen, of het totale gewicht van de installatie minder dan 1150 kg is. Theoretisch gezien kun je dus als ondernemer besluiten om geen berekening te laten maken en de zonnepanelen gewoon te plaatsen.
Maar let op: een Scope 12-inspectie wordt door verzekeraars vaak wél verplicht vanaf een bepaald aantal zonnepanelen. Scope 12 is een complete inspectie van de zonnestroominstallatie, waarbij gekeken wordt naar brandveiligheid en elektrische veiligheid. Als tijdens die inspectie blijkt dat er gebreken zijn, of het dak blijkt niet geschikt voor zonnepanelen, dan heb je wel een probleem. Ik raad daarom aan om altijd vooraf te checken of je dak geschikt is. Zo voorkom je problemen achteraf.’
Meer informatie over een Scope 12-inspectie lees je in het artikel '(SCIOS) Scope 12: dé keuring voor zonnepanelen'.
Risico’s bij ongeschikte daken
Is het dak van jouw pand niet geschikt en laat je tóch zonnepanelen plaatsen, dan kunnen de gevolgen groot zijn. Karlo legt uit: ‘Als jouw pand op een (te) schaduwrijke plek staat, dan loop je het risico dat de opbrengst van de zonnepanelen lang niet zo hoog is als je vooraf berekend had. Dat kan een flinke financiële tegenvaller zijn. En als een dak onvoldoende draagkracht heeft, dan is het risico op schade natuurlijk enorm. De zonnepanelen kunnen bijvoorbeeld door het dak zakken of van een schuin dak glijden of waaien. Je moet er toch niet aan denken wat voor schade dat kan toebrengen aan het pand, de omgeving en mensen.’
Juiste installatie altijd belangrijk
Karlo: ‘In alle gevallen geldt dat zonnepanelen op de juiste manier geïnstalleerd moeten worden, conform de eisen en specificaties van de fabrikant. Wat voor dak je ook hebt. Zo is het van belang dat er voldoende afstand zit tussen het dak, de zonnepanelen en andere gebruikte materialen zoals kabels. Als er te weinig ruimte wordt vrijgelaten, dan is verkoeling niet mogelijk en kan de temperatuur hoog oplopen. Het is dan niet de vraag óf er brand ontstaat, maar wannéér. Bij platte daken moet je bovendien voorkomen dat kabels ‘los’ op het dak of in regenwater liggen. Kortom: een juiste installatie is altijd belangrijk.’